Overslaan en naar de inhoud gaan

Beatrice de Graaf: Crisis!

5 minuten
Afbeelding
Beatrice de Graaf: Crisis!

Historicus Beatrice de Graaf schreef deze geschiedenis van crises ter gelegenheid van de maand van de geschiedenis 2022; alweer even geleden, maar nog zeer relevant anno 2024. Mensen ervaren immers diverse crises en er zijn er ook daadwerkelijk een flink aantal. Zoals De Graaf schrijft: „Crisis is vandaag geen uitroep meer, maar een staat van zijn.” (p.7) Dit boekje kan helpen bij het kijken naar Nederland vanuit het crisisperspectief, het begrijpen van die staat van zijn en is misschien zelfs enigszins therapeutisch. Vanuit het ontgroeiperspectief zijn er eveneens oplossingen voorhanden. 

De Graaf schetst deze historie op onderhoudende wijze, met veel gevoel voor de tijdgeest van de betreffende periodes en aandacht voor cijfers en details. Zij begint haar zoektocht met de vragen: “Hebben we inderdaad te maken met zoveel meer rampen, crises en ellende dan mensen in vroegere tijden? Of is er iets anders aan de hand?” (p.8). 

Zij biedt zowel een definitie (p.9) voor crises, die overigens pas in de tweede helft van de twintigste eeuw werd geformaliseerd, als een overzicht van rampen en crises vanaf begin 1800 die kantelpunten vormden in de Nederlandse geschiedenis. Ze laat zien hoe zowel de afgelopen twee eeuwen de aard van de crises veranderde, als de crisisperceptie én de crisisbeheersing. 

Waren het in de negentiende eeuw vooral nog gezondheidscrises, zoals cholera, dit veranderde in de afgelopen twee eeuwen via sociale, morele, economische crises in technologische, politieke en bestuurscrises, ook grensoverschrijdend. Voor de veranderde perceptie verwijst De Graaf onder meer naar de ‘kwetsbaarheidsparadox’: die “maakt immers dat naarmate een land en een bevolking rijker en veiliger worden, en er beter in slagen crises te voorkomen, de ontreddering des te groter is wanneer zich dan af en toe toch een crisis voordoet.” (p.9). 

De organisatie of het systeem van de crisisbeheersing komt uitgebreid aan de orde, zoals te verwachten; de schrijfster heeft met haar werk en onderzoek sinds begin van deze eeuw een belangrijk en vaak ook kritisch stempel op de vormgeving van dit systeem gezet en doet dat nog steeds. De Nederlandse staat functioneert aanvankelijk als nachtwakersstaat, met in tijden van crises en rampen hooguit morele steun en praktische instructies aan decentrale partijen zoals burgemeesters en kerken. De ‘schuld’ lag bij de zondige mens in het aangezicht van God. Inmiddels nemen de staat en haar instituties brede verantwoordelijkheid voor preventie, bescherming, beheersing en nazorg tijdens crises. “De nationale overheid [breidde] haar paternalistische gezag over de bevolking uit.” (p.50) Regering en ministers dragen nu veelal de schuld. 

De omslag in het denken, de manier waarop naar crises wordt gekeken en gehandeld, krijgt duidelijk vorm tegen de achtergrond van de veranderende samenleving. De crisisbeheersing is geïnstitutionaliseerd, gecentraliseerd en enorm gegroeid, met een veranderde rol van zowel de burger als de overheid. De zin “Crisisbeheersing en crisisbesef zijn elkaar gaan ondermijnen” (p.52) vat de hedendaagse onrust rond crises kernachtig samen; hoewel de overheid crisisbeheersing als een belangrijke taak beschouwt en daar veel in investeert, lijkt de burger dat niet zo te ervaren. Integendeel, burgers kijken wantrouwend naar de uitgestoken hand van de overheid en bevragen die steeds kritischer: van redder in de nood door crisisbeheersing naar zondebok in een beleidscrisis. Een punt van kritiek op het essay kan zijn dat rampen en epidemieën allemaal onder crises vallen, terwijl je kunt bepleiten dat de covid pandemie toch sterk verschilt van zoiets als de Palingoproer of de ontplofte Steenschuur in Leiden in 1807. Maar dit is wel functioneel om de kantelpunten te openbaren in de ontwikkeling van crisisbeheersing. 

Beatrice de Graaf kijkt vanaf pag. 50 ook vooruit en biedt oplossingen om het vertrouwen tussen burger en overheid te herstellen en de manier waarop de overheid reageert op mogelijke crises te verbeteren. Zij pleit voor meer crisisbesef bij de burger én voor meer crisismaatregelen, maar dan losgekoppeld van de overheid en gekoppeld aan de gemeenschap die het aangaat. Meer transparantie en (soms moeilijke “want ingrijpender en minder rooskleurig”) eerlijkheid bij uitvoering van crisismaatregelen zijn nodig. Ook om vergroting van de culturele breuklijnen en andere kwetsbaarheden in de samenleving te voorkomen. Met een schets hoe een veerkrachtiger samenleving nodig is en kan ontstaan eindigt dit compacte essay. 

Nóg meer aandacht voor crises dus, maar zou het kunnen helpen om niet bij alles ‘CRISIS!’ te roepen? Er kan nagedacht worden over een andere manier van omgaan met crises. De Graaf refereert aan de premoderne metafoor van ‘de dodendans’ (p.52). In plaats van beheersing kunnen we mogelijkheden onderzoeken om ons aan te passen ten gunste van oplossingen, inclusief adaptatie aan een veranderde postcrisis periode. Liever niet meteen een raket voor de elite naar Mars sturen, maar misschien wel het accepteren van een nieuwe situatie na een crisis? 

Wat ik miste is de rol van de jeugd: betrek jongeren bij de aanpak van zowel acute crises als bij het onderzoeken van verschillende mogelijke scenario’s in de toekomst. Juist bij dat laatste moeten ze een grotere rol krijgen, het is immers hún toekomst. Het Nederlands Instituut Publieke Veiligheid doet dit bijvoorbeeld wel op inspirerende wijze. 

De politiek vormt inmiddels een deel van het probleem in plaats van een deel van de oplossing. Dat geldt voor crises die door stimulering van economische groei en gerealiseerde marktwerking zijn ontstaan, zoals grootschalige vervuiling, bestaanszekerheid, gezondheidszorg, volkshuisvesting en mobiliteit. De overheid kan wanbeleid - dat het klimaat, de natuur, de biodiversiteit en wat de aarde verder te bieden heeft beschadigt - worden aangerekend. En dan zijn er nog de beleidskeuzes op het gebied van onderwijs, mest en stikstof, opvang van asielzoekers en vele andere thema’s. Misschien kan het land een andere koers varen, zodat er als vanzelf minder crises op ons af komen? Ontgroei dus, als oplossing van alle crises? 

Monique van Deursen, verstokt piekeraar 

Deze recensie maakt deel uit van het thema ‘Crisis’ van onze nieuwsbrief van oktober 2024.